Randgeval

Naar de zomer wordt reikhalzend uitgekeken als een tijd van genieten en ontspannen. Maar voor de creatieve solo-ondernemer is het vaak ook een tijd van fundamentele vragen en grondige twijfel. Tijdens de zomer wordt er een versnelling trager geschakeld. Dit biedt ruimte die vrij in te vullen is. Die kan heel vervullend, maar ook heel beangstigend en destabiliserend zijn. Voor sommigen voelt die ruimte als leegte.

Er zijn er genoeg die elke zomer geloven dat ze failliet gaan. Of toch maar beter terug gaan solliciteren. En dat dan ook doen. Keer op keer.

Om na een soms pijnlijke omzwerving te herontdekken dat ze een randgeval zijn. Zo iemand die er niet helemaal bij hoort, maar soms precies toch wel. Iemand die scherp het verschil voelt tussen de anderen, de omgeving, de maatschappij en zichzelf. Eerder iemand die aan de rand van de groep staat, zich er af en toe in beweegt, maar houdt van de veilige positie van het randgeval. De positie van de observator in plaats van de participator. Of van de pionier. Of de missionaris (als archetype). En dagelijks vecht tegen het verlangen echt ver buiten de groep te gaan staan. Of tegen de angst zich erin te mengen. Wat natuurlijk een kanjer van een randgevoel met zich meebrengt.

De outsider. Ik hou van de outsiders. De outsider die de vrijheid omarmt, ook alleen en in stilte. Met een autodidactische leerstijl, los van het gangbare circuit. Die moeilijk in de groep kan leven, maar evengoed niet zonder kan.

Het voortdurend slingeren tussen in en buiten de groep kan best vermoeiend en destabiliserend zijn. Maar zo interessant als proces. Het laat je toe te observeren en voelen wat anderen niet merken. Te creëren waar anderen niet aan denken. Te groeien in je ontwikkelingszone. Unieke waarde te scheppen en vervullend je leven vorm te geven. Maar er is moed voor nodig. En kwestbaarheid. Zoals de art brut kunstenaars (een vorm van outsider art ontstaan rond de Franse kunstenaar Jean Dubuffet 1901 – 1986) zich lieten inspireren door de creaties van de moedige en kwetsbare kinderen, gedetineerden en geesteszieken.

JeanDubuffet_Affluence_1961
Jean Dubuffet, Affluence, 1961, olie op doek, 89 x 116 cm, Fondation Dubuffet, Parijs

 

Het schilderij toont een groep hoofden met opvallend grote, soms wilde ogen. Sommigen grijnzen, terwijl anderen hun tanden bloot lachen met een sinistere, bijna kannibalistische hebzucht. Maar tegelijk tonen ze zich kwetsbaar terwijl ze hun veel te grote hoofden moeizaam in evenwicht houden op hun veel te smalle lichamen en onstabiele benen. Sommigen lijken tegen hun buren te praten, maar niemand luistert. Iedereen leeft in zijn eigen wereldje.

 

 

Wat levert jouw randgevoel jou op? Wat is er mogelijk als randgeval?

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *